donderdag 15 november 2007

Vriendinnen

Geheel tegen mijn gewoonte in ben ik te vroeg en sta ík dit keer te wachten tot mijn vriendinnen ook op het station arriveren. Het is koud, het regent en mijn enige gezelschap bestaat uit drie dreigend kijkende meiden met strakke gebleekte spijkerbroeken, kistjes met stalen neuspunten, zwarte bomberjacks en kleffe klonten kauwgum die ze voortdurend laten knallen.

Als ze zien dat ik kijk loopt een van hen traag naar de kaartjesautomaat, blaast nog één keer een bel en stopt haar kauwgum vervolgens in de pinpasgleuf. “Wat sta je nou te kijken met je vuile rotbek?” Snel laat ik mijn blik weer afdwalen.

Nu komen ze alledrie met stenen in de hand mijn kant op en quasi-nonchalant leun ik tegen een hekje. Mijn angst lijkt voorlopig echter ongegrond, want ze lopen door en leggen zorgvuldig hun stenen op de rails. Gniffelend stoten ze elkaar aan: ”Nu ontspoort de trein! Of de banden worden lek geprikt!”

“Neuh, gebeurt niet zo snel. Heb ’k ook gedaan. Legde ook altijd muntjes op de rails, werden ze plat en kon ik die krengen later weer opzoeken.” Ze staren me aan. “Echt waar? Heb jij dit ook gedaan?” Met plotselinge interesse beginnen ze geanimeerd tegen me te praten en vragen ze waar ik heen reis. Als ik vertel dat ik in Groningen naar Vera ga vragen ze oprecht bezorgd en bewonderend of ik dat alleen doe. We kletsen verder tot mijn vriendinnen eindelijk aan komen fietsen.

“Hé, iemand heeft kauwgum in de kaartjesautomaat gestopt!” Ik veins verbazing. “Echt waar?” De drie meiden komen erbij staan en peuteren met een sleutel in de gleuf in een poging de kauwgum eruit te halen. Als de trein arriveert wensen ze ons een goede reis en een leuke avond.
“Wat een aardige meiden!” zegt een vriendin als we de trein in stappen. Ik proef geen druppeltje sarcasme. Ik ga naast haar zitten en wacht tot mijn hart weer in een normaal ritme slaat. “Ja, wat een schatjes, hè?”

Geen opmerkingen: